Spring! Het voorjaar lonkt - interview de Gelderlander

14 maart 2024 

door Sandra van Maanen – de Gelderlander

Waar Introdans mooie tradities in dans omarmt, kijkt het gezelschap met evenveel gretigheid vooruit. Ook letterlijk. Naar het voorjaar dus, naar het licht, het frisse, de energie. 

SPRING luidt de titel van Introdans’ focusprogramma rond één choreograaf: de Italiaan Mauro Bigonzetti (Rome, 1960). Daarin zijn diens publiekslievelingen Cantata en drie delen uit Rossini Cards te zien, maar zit ook de wereldpremière van recent werk: Bambù. De première van SPRING is Nijmegen gegund, de landelijke tournee loopt door tot en met 1 juni. Voor artistiek directeur Roel Voorintholt is SPRING het logische gevolg op FALL, het verlangen ook meer lijn in de seizoenen voor het dansgezelschap te krijgen. „We stellen elk seizoen één maker centraal. Dit voorjaar is dat Mauro Bigonzetti. Door te focussen op het werk van één choreograaf zijn we in staat de lijn in diens ontwikkeling laten zien.” Mauro Bigonzetti is een bekende, Introdans werkte al eerder met hem samen, in 2016 en 2018. „De finale van zijn Rossini Cards was al eerder bij ons te zien, dit keer tonen we behalve de finale ook twee nieuwe delen, de opening en een duet. En Mauro’s Cantata, onderdeel van ons jubileumprogramma, was zo’n succes; dat smaakte sowieso naar meer.

Wereldpremière

Voor SPRING wordt daar zijn nieuwste werk Bambù aan toegevoegd, een wereldpremière. Het is een fysiek stuk, op het lijf van de dansers van Introdans geschreven. Speciaal voor Bambù componeerde Bigonzetti’s zoon Federico de muziek.” Voorintholt geeft toe dat hij graag werk op gevoel kiest. Hij is een groot liefhebber van wat de Italiaanse choreograaf maakt. „Conceptuele dans is minder aan mij besteed. Ik kan er ook niet zo goed tegen, dat abstracte, al die laagjes. Mijn hart ligt meer bij werk dat lekker danst. Daar is Bigonzetti meester in! SPRING is enorm uplifting, je krijgt er energie van, zin om zelf te dansen en het leven te vieren. Dat ervaart de zaal want van zijn stukken spatten plezier en vakmanschap af! En dat ervaren onze dansers net zo.”

Oude man

De Italiaanse choreograaf die inmiddels met de dansers in Arnhem aan het werk is vindt het eervol, de centrale rol die hem gegund is in het voorjaarsprogramma. „Rossini Cards en Cantata zijn beide bijna 25 jaar oud, de een maakte ik 21 en de ander 24 jaar geleden. Ik ben blij dat ik naast die oudere stukken ook weer nieuw werk kan laten zien, dat publiek daarmee wordt meegenomen in een ontwikkeling die zich over 25 jaar uitstrekt. Want het is lang hoor, 25 jaar. Destijds was ik een heel ander persoon, jong vooral. Inmiddels ben ik een oude man,” grapt Bigonzetti. Bambù is compleet anders dan zijn eerdere stukken. Dus SPRING laat ook zien dat de choreograaf in een andere levensfase is aangekomen. De verschillende choreografieën tonen een soort portret, inclusief de veranderingen die zich tussentijds voltrokken. „Net als in andere kunstvormen waarin je de ontwikkeling van de maker ziet, laat ik hiermee ook zien dat ik ouder word. Museumbezoekers herkennen altijd een Picasso, maar toch verschillen zijn eerste werken enorm van zijn latere schilderijen. De signatuur is altijd aanwezig en in choreografie werkt dat precies zo. Of het publiek die lijn ook ziet? Dat is aan de kijkers zelf. Mij maakt het vooral heel trots dat SPRING een stretch van mijn werk toont. Ik ben benieuwd naar de reacties uit de zaal, maar ook naar de reacties van de dansers.” Bambù refereert aan de plant, de oersterke en mooie bamboe waarvoor hij sympathie voelt. „In veel culturen is deze plant het symbool voor veerkracht. Die veerkracht zie je, maar bevindt zich toch vooral in de bodem, onder de grond waar de wortels samenwerken en ervoor zorgen dat de plant steeds sterker wordt. Samen delen ze de ruimte, samen worden ze sterker. Dat gegeven grijpt me aan omdat het zo actueel is. Dit is een moeilijke tijd voor veel mensen, culturele verschillen drijven ons uiteen. De enige oplossing is dat we weer leren samenwerken, want daarin zit onze veerkracht.”

Zoon

Dat zijn zoon de muziek schreef bij dit verhaal vindt hij prachtig. „Niet alleen omdat het toevallig mijn zoon is voor wie ik liefde en diepe vriendschap voel, maar vooral omdat Federico zo’n goede componist is. Voor Bambù liet hij zich inspireren door verschillende culturen, stemmen en muziek. Uit Azië, het Midden-Oosten en Europa. En door Japanse zang, gedichten.”

Livemuziek

Kers op deze voorjaarstaart is voor Roel Voorintholt ook de livemuziek. „Zo laat Bigonzetti in Cantata verschillende karakters uit een Italiaans dorp prachtig tot leven komen, geïnspireerd door de aanstekelijke, rauwe (live) zang van vier Italiaanse zangeressen: Lorella Monti, Christina Vetrone, Enza Pagliara en Enza Alessandra Prestia. Live muziek heeft een grote meerwaarde. Watje ziet, hoort en voelt komt ineens heel anders bij je binnen.”

Blijf op de hoogte